dinsdag 17 april 2012

Dag 78 - 79: Naar Huis

Het constant geruis van de waterval op de achtergrond wordt luider als ik langzaam weer bij m'n positieven kom. Ik blijf nog even met m'n ogen dicht zitten, ik voel me nog zo moe. Ongemakkelijk, half liggend in mijn stoel dringt het besef tot me door dat dit geen powernapje is ergens onderweg op een parkeerplaats. Ik open m'n ogen  en kijk in het donkere, verlaten gangpad van de Boeing 777. Stoelleuningen aan weerskanten staan achterover, de inzittenden in slaap. Een blik op het LCD-scherm voor me vertelt dat we op 36.000 voet zitten, halverwege de zes uur durende leg van Bangkok naar Dubai. Ik draai me om in m'n stoel. Sluit mijn ogen en langzaam verandert het geruis van de motoren weer in een klaterende waterval. Ergens onderweg.

Ongeduldig kleeft de auto achter onze bumper terwijl we rustig de lange oprit naar de A4 opdraaien. Zodra we de 8-baans snelweg oprijden schiet hij voorbij. Het voelt allemaal een beetje vreemd. Ik zit op de vertrouwde rechterstoel, maar heb geen stuur voor mijn neus. De snelweg lijkt eindeloos breed. Zoveel ruimte, zoveel asfalt, zoveel auto's. Het groene polderlandschap schiet voorbij. Vagelijk bekend maar ik mis de contouren van de bergen op de achtergrond. Tegen de tijd dat de hoge bebouwing van Zwijndrecht in zicht komt, voelt Nieuw Zeeland zo ver weg. Als een droom.

In mijn eigen auto rij ik het laatste stuk terug naar huis. Niks is hier verandert, alles hetzelfde als op de dag toen ik vertrok. Ik maak een omweg om de accu de kans te geven zich extra op te laden. De wegen zo bekend dat ik gedachtenloos mijn weg vind. Ben ik wel weggeweest ?
Ik glimlach als ik de ruitenwisser aanzet in plaats van de richtingaanwijzer. Terwijl ik rechtsaf sla hoor ik mijn zelfbedachte rijmpje in m'n hoofd 'rechts is ruim, link is los'.  Rechts is niet meer ruim, ik neem de korte bocht en verzeker me ervan dat ik op de juiste weghelft zit. Bijna thuis.

Ik word wakker met een flinke aandrang om te plassen. Blijf nog even liggen, geen zin om op te staan. Uiteindelijk stap ik voorzichtig uit bed. Slaapdronken en zo weinig mogelijk geluid makend schuifel ik naar de deur. Ik wil de andere mensen op de slaapzaal niet wakker maken. Bij de deur besef ik dat ik in mijn eigen slaapkamer ben. Niemand hier die van mij wakker wordt. Op de alarmklok op mijn nachtkastje zie ik dat het drie uur in de ochtend is. Ik ben nu klaarwakker en de dag kan beginnen. Maar het is nog zo donker en stil buiten.

Thuis.

zondag 15 april 2012

Foto's t/m dag 77

De laatste batch met foto's van de vakantie. Wederom in willekeurige volgorde.

Wanaka Airshow

Met Piper Warrior kust bij christchurch

Het eindresultaat van de mes maken workshop

Warbirds over Wanaka - WWI dogfight

Warbirds over Wanaka - airfield attack

Lake Wanaka

Warbirds over Wanaka  -  corsair

Vliegen boven (verwoest) centrum christchurch

Vliegen met Ross, Tim en Richard

Mes Maken workshop


bijl gooien in de pauze

zaterdag 14 april 2012

Dag 75 - 77: Christchurch

"Uit welk jaar en hoeveel kilometers?" vraagt de autohandelaar. "1995 en 295000 kilometers" antwoord ik. De autohandelaar lacht en zegt "Nee, geen interesse die kan ik niet kwijt.". Dit is de 3e autohandel al die mijn auto niet hoeft. Ik vervolg m'n weg door de buitenwijk van Christchurch waar een hoop autobedrijven zitten. Kriskras rij ik door de straatjes van het industriegebied tot ik weer een autohandel zie waar buiten oude auto's staan. Poging 4. De autohandelaar loopt keurend om de Subaru heen. Opent de motorkap en steekt twee vingers achter het motorblok. Zwart van de olie haalt hij ze weer naar boven, mompelt "olielekkage op de gebruikelijke plaatsen, ik geef er 125 dollar voor". Oef, dat is toch wel een beetje weinig. Hij lacht en geeft me een tip dat een autobedrijfje om de hoek misschien wel interesse heeft. De autohandelaar van dit bedrijfje loopt alleen om de auto heen, kijkt eens diep nadenkend en zegt dan "400 dollar". Ik kijk wat ongelukkig. We komen uit op 500 dollar en die krijg ik meteen handje contantje. Het overschrijven van de auto doen we in een nabijgelegen kantoortje. En daar sta ik dan, zonder auto in een buitenwijk van Christchurch.

Gisteren ben ik nog probleemloos met mijn trouwe Subaru van Greymouth naar Christchurch gereden. Van de westkust naar de oostkust via de Lewis Pass. Een prachtige weg door de Alpen, waarvan links en rechts de bergtoppen met sneeuw bedekt zijn. Ik neem het landschap in me op, beseffend dat dit de laatste keer is dat ik die varieteit te zien ga krijgen. Het tropisch regenwoud van de westkust, de ruige bergen in het alpenmassief, de goudbruine, glooiende uitlopers richting Christchurch. Hoewel ik geen haast heb, rij ik de tocht in 4 uur en in de middag kom ik aan bij mijn laatste hostel van de vakantie. Ik besluit de rest van de middag nuttig te gebruiken en de eerste aanzet te geven tot de verkoop van de Subaru. In de bibliotheek print ik een nieuwe versie van de "Auto Te Koop"-briefjes uit en ik wandel langs zoveel mogelijk hostels om deze op te hangen op de notice boards. Het wordt me duidelijk dat ik niet de enige ben die zijn auto probeert te verkopen. Overal hangen tientallen vergelijkbare briefjes. Tsja, het seizoen is over en een hoop reizigers keren huiswaarts. Ik verwacht weinig interesse van andere reizigers en mijn hoop is om de auto aan een autohandelaar te kunnen slijten. Al zal het dan voor weinig zijn.

In het hostel raak ik aan de praat met Tim en Ross. Tim is een Duitser die nog een paar maandjes voor de reisboeg heeft. Ross is een Engelsman die zijn werkgeluk in Nieuw Zeeland komt zoeken. Nog twee dagen te gaan voordat ik op het vliegtuig naar huis stap en in Christchurch is niet heel veel te doen. Het centrum is nog steeds volledig afgesloten en overal wordt gewerkt aan de restauratie van de stad. Ik stel Tim en Ross voor om morgen een vliegtuig te huren en een rondje te gaan vliegen. Ross is direct enthousiast, maar Tim twijfelt. Hij heeft een beetje last van vliegangst. Maar Tim heeft wel de noodzakelijke auto om op het vliegveld te komen, dus met wat aanmoediging stemt hij in.

De volgende ochtend melden we ons om half 9 op het vliegveld. Hetzelfde grote interntionale vliegveld waarvan ik morgen ga vertrekken. Richard is de instructeur en gezamenlijk wandelen we naar de Piper Warrior. Ik doe een snel inspectierondje en dan nemen we allemaal plaats. Ik vlieg, Ross en Tim zitten achterin. De Piper heeft een glass cockpit, twee grote beeldschermen in plaats van de traditionele instrumenten. Maar dat went snel en niet veel later zitten we in de lucht. We slaan direct af richting Christchurch waar we vrijuit kunnen rondcircelen boven het centrum. De verwoesting van de aardbeving is vanuit de lucht goed te zien. Veel percelen liggen in puin en ook de grote kathedraal is zichtbaar zwaar beschadigd. Hierna vliegen we door naar de kust die bestaat uit puntige, geelgroen begroeide bergen die uitlopen in zee en daar talloze baaien vormen. De bewolking hangt redelijk laag en we vliegen laag door de bergpassen van baai naar baai. Beneden ons ligt het kustplaatsje Akaroa, waar ik ruim een maand geleden een 'zwemmen met dolfijnen' boottocht heb gedaan. Ook de stijle berg waar toen mijn mountainbike een lekke band kreeg roept weer herinneringen op als we er langs vliegen. Achterin is het stil, Tim en Ross doen niks anders dan continu foto's nemen. Dan weer terug naar het vliegveld van Christchurch waar een elegante landing op de grasbaan naast de hoofdbaan volgt. Een mooie en passende afsluiter van deze vakantie. Morgen naar huis, een slopende tocht van ruim 29 uur via Australie, Thailand en Dubai.

donderdag 12 april 2012

Dag 74 - Barrytown Knife Making

De woning naast de kustweg kijkt uit over zee. Op het erf staat een grote vuurkorf met daaromheen 5 zware metalen aambeelden. Onder het afdak staan al een tiental mensen met een werkschort, veiligheidsbril en werkhandschoenen aan. Het echtpaar Steven en Robyn, ook in werkkleding, heten me welkom en voorzien me van een plakbandje met mijn naam en dezelfde outfit als de andere deelenemers.

Het is 9:30 in de ochtend in Barrytown en de workshop 'mes maken' gaat van start. Het vuur wordt opgestookt door een ventilator die van onder af lucht in de vuurkorf pompt. Iedereen is voorzien van een ruwe, platte, ijzeren staaf die roodgloeiend gemaakt wordt in het vuur. En dan maar hameren op het aambeeld. Grofweg hamer ik de vorm van het lemmet in het metaal. Doel van het hameren is niet alleen om de vorm erin te krijgen maar ook om de dichtheid van koolstof in het ijzer te verhogen, dit zorgt ervoor dat het ijzer harder wordt. Na een aantal keren de cyclus opwarmen en hameren te hebben herhaald wordt het roodgloeiende metaal snel afgekoeld in een speciale wateroplossing. Dit maakt het ijzer nog harder. Steven tekent de uiteindelijke vorm van het mes inclusief greep op het metaal en dan wordt het mes in wording op de juiste maat afgezaagd. Vervolgens schuur ik het mes in het midden redelijk glad op de groffe schuurband. Twee stukjes messing erop lijmen daar waar het handvat overgaat in het lemmet. Het messing wordt vastgezet met messing pinnetjes.

Met een zaagmachine zaag ik vervolgens grofweg de twee houten handvaten uit een ruwe houten plank van Rimu (Red Pine). Ook deze lijm ik op het het metaal. De lijm zorgt voor een beschermlaag op het ijzer zodat deze niet gaat roesten onder het hout. De twee houten handvaten worden vastgezet met 3 messing pinnen. Nu is er een hele grove versie van het mes. Op de schuurband wordt het grootste overtollige deel van het hout en messing afgeschuurd en worden alle gaten en kieren tussen hout, messing en ijzer opgevuld met een sneldrogend composiet houtvulmiddel.

Het is inmiddels lunchtijd en Robyn neemt ons mee naar de keuken waar we gezellig aan de keukentafel met de groep een boterhammetje eten. Na afloop neemt Robyn ons mee de tuin in waar ze een grote reuzenschommel hebben staan. Met een paar man wordt je de lucht in gehesen en dan maak je een metershoge zwieper met uitkijk over de oceaan. Zo houden we ons bezig terwijl Steven alle messen van een schuurbeurt voorziet om ze in de definitieve vorm te krijgen. Dit is een delicaat klusje waarbij, als je dat zelf zou doen, je makkelijk je mes kunt verpesten.

Na nog een rondje bijlgooien op het erf is Steven klaar met alle messen. Die zien er nu echt als messen uit, maar ze zijn nog niet af. We gaan weer aan de slag met de schuurmachines en met steeds fijnere schuurband schuren en polijsten we het lemmet in een aantal sessies tot de definitieve vorm en dikte. Dan wordt het houten handvat van een waxlaag voorzien en stevig geboend waardoor het mooi gaat glimmen. Het mes begint nu echt mooi te worden.

Robyn neemt ons mee naar de voorzijde van het huis. Daar staan 10 stoelen op een rij op de veranda die uitkijkt over zee.  We gaan nu aan de afwerking van het mes beginnen. Met een serie van steeds fijner nat en droog schuurpapier polijsten we het mes en het messing tot het glimt als een spiegel. Als laatste gebruiken we polijstpasta voor de finishing touch. Steven schuurt elk mes vlijmscherp op de schuurband en met een slijpsteen en dan zijn we klaar. Een prachtig mooi glimmend mes in een dag gemaakt.

We drinken nog wat met z'n allen en nemen dan afscheid van Steven en Robyn, die ons zo gastvrij in hun huis ontvangen hebben. Zo hebben zij de afgelopen 8 jaar, zes dagen in de week, al ruim 17.000(!) mensen ontvangen en daarmee messen gemaakt. Voor $130 per deelnemer is dat vast een keuke oudedagsvoorziening...

Enthousiast komt ik weer terug in het hostel met mijn glimmende mes. Toch wel bewondering oogstend bij de andere gasten. Ik pak mijn spullen. Morgen een hele dag in de auto terug naar Christchurch. Nog steeds geen reacties op mijn auto-advertenties. Ach jah, zoals de Kiwi's zeggen: No Worries...

woensdag 11 april 2012

Dag 72 - 73: Franz Josef

De regen klettert op het aluminium dak van 'Love Shack 1'. De krappe caravan is romantisch ingericht met zwart tapijt op de vloer en wanden. Het plafond voorzien van rood tapijt met boven het bed een spiegel. Bij gebrek aan normale kamers in het hostel heb ik dit apart staande liefdesnestje voor mezelf alleen gekregen.

Zodra ik gisteren uit Wanaka wegreed richting de Westkust werd het steeds bewolkter. Na nog geen uurtje rijden begon het te regenen. Het berglandschap gehuld in mist en laaghangende regenwolken. Naarmate ik dichter bij de kust kom wordt de begroeiing tropischer. Donkergroene palmen en varens bedekken nu de bergen langs de kronkelende kustweg. De Tasman zee is donkergrijs en grote golven met witte koppen slaan stuk op de kust, het opspattend schuim wordt door de wind als een fijne nevel over de weg geblazen. Guur weer.

En het is niet opgehouden met regenen. De hele nacht hebben hoosbuien op het caravandak me uit mijn slaap gehouden.Tegen beter weten in meld ik me om 10 uur 's ochtends bij het activiteitenkantoortje in het plaatsje Franz Josef. Zoals verwacht wordt de trip vandaag gecancelled. Plan was om met een helicopter gedropt te worden op de Franz Josef Gletsjer en dan een 2 uur durende wandeling op het gletsjerijs te maken, uitgerust met crampons en een ijsbijl. De weersverwachting voor vandaag en de komende dagen blijft slecht en ik besluit om verder te reizen. Jammer, het bezoeken van de Franz Josef gletsjer of de nabijgelegen Fox gletsjer aan de westkust is bijna een verplicht nummer als je Nieuw Zeeland bezoekt.

Ik volg de kustweg verder naar het Noorden tot aan Greymouth. Hier ben ik ruim een maand geleden ook al geweest, toen ik dezelfde kustweg vanuit het Noorden naar het Zuiden volgde. Het hostel in Greymouth is weer zo'n uniek pareltje waar je maar heel af en toe terecht komt. Gezellig ingericht met een grote, huiskamerachtige lounge met open haard. Extra gezellig nu het buiten nog steeds zo'n slecht weer is.

Morgen nog een leuke activiteit in de omgeving doen die, weer of geen weer, zeker doorgaat en dan donderdag een lange reisdag terug naar Christchurch aan de Oostkust. Kijken of ik daarna in 2 dagen mijn auto kan verkopen. Het loopt nog niet echt storm op mijn advertenties...

zondag 8 april 2012

Dag 69 - 71: Warbirds over Wanaka

Vrrrooemmmmmmmm. Met een luid, zwaar en diep geronk passeert de zilveren P-51 Mustang als hij snelheid maakt op de startbaan, loskomt en dan stijl de lucht in klimt. Een Spitfire en P-40 Kittyhawk volgen met een even indrukwekkend gedreun van hun motoren. Warbirds over Wanaka, een driedaagse vliegshow met voornamelijk historische vliegtuigen uit de 1e en 2e wereldoorlog.

Het is nog steeds prachtig weer, geen wolkje aan de hemel en de zon schijnt meedogenloos. Een laag hek scheidt de bezoekers van de startbaan. Het is maar een tiental meters, zo dichtbij de startbaan kom je niet bij een Europese vliegshow. Ook lijken de vliegshow regelementen hier een stuk soepeler. Het is niet ongewoon dat vliegtuigen over het publiek heen vliegen tijdens hun demonstraties. Twee grote tribunes kijken uit over de startbaan. Maar daar heb ik geen toegang toe met mijn algemene 3-dagenpas. Verder zijn er de gebruikelijke eet, drink en souevenirkraampjes. Een vreemde eend in de bijt is een grote gunshop, met een ruime uitstalling van allerlei geweren. Afrekenen en meenemen.

Om 10 uur 's ochtends begint de show met een spectaculaire opening. Dramatische muziek, grote explosies, vuurwerk en laag voorbijrazende vliegtuigen. De stemming is gezet en in een onvermoeibaar tempo volgen de demonstraties elkaar op. Schijnluchtgevechten waarbij verschillende vliegtuigen elkaar achtervolgen en regelmatig laag over de startbaan razen. Een P-40 Kittyhawk is voorzien van echte .50 mitrailleurs in de vleugels en schiet korte salvo's met losse flodders af terwijl hij op het publiek afvliegt. Je ziet de vlammen uit de vleugels komen terwijl de staccato knallen echo-en tussen de omliggende bergen. Er is weinig fantasie voor nodig om in te beelden hoe zo'n luchtaanval er in de 2e wereldoorlog moet hebben uitgezien. 

Ook de bommenwerpers geven een mooie show. Ze vliegen laag over het veld met hun bomluiken open, gevolgd door een zware explosie op de grond met een grote vuurbal die tientallen meters de lucht in wordt geblazen. Hoewel dit een flink stuk van het publiek af plaatsvindt voel je de hitte van de vuurzuil. Indrukwekkend is ook een schijnluchtgevecht tussen 3 eerste wereldoorlog vliegtuigen. Langzaam en laag circelend over het vliegveld zie je de sjaal van de piloot wapperen terwijl de je motor hoort sputteren. Deze oude vliegtuigen konden de gasstand niet regelen, de motor was simpel aan of uit.  Ook zie je mooi hoe primitief de besturing toen werkte. Met een systeem van kabels en katrollen wordt de vleugel verbogen om een bocht in te zetten.

Natuurlijk zijn er ook de gebruikelijke vliegshow demonstraties. Een bekende Red Bull airrace piloot vliegt een adembenemende aerobatics show met duizingwekkende figuren. Zo tolt hij 11 keer om zijn assen in een inverted flat spin. Mooi formatievliegen door 6 oude Harvards (T6 Texans) en in de korte pauze 's middags een heel indrukwekkende show van een groot radiografisch bestuurd modelvliegtuig. Ik stond net bij een eetkraampje toen die show startte en ik twijfelde even of het echt was. Wat een onmogelijke figuren.

De Nieuw Zeelandse luchtmacht heeft geen straaljagers meer. Enkel nog wat helicopters en propellorvliegtuigen. Maar een aantal oude straaljagers zoals de Vampire en de Strikemaster komen voorvliegen met een indrukwekkend gebulder van hun oude motoren. Ook wordt een show gegeven door Beechcraft met hun nieuwe opleidingsvliegtuig de T6 Texan II. Het begeleidende commentaar lijkt op een verkooppraatje van een autoverkoper. Jammer genoeg onbetaalbaar voor de gewone man.

Ik verdeel het bekijken van de shows over de 3 dagen zodat ik ook tijd heb om wat rond te lopen. Reenactors (mensen die als hobby een historische gebeurtenis naspelen) voeren kleine veldslagen op de grond uit tussen de Duitsers en de geallieerden. Ze gaan behoorlijk in hun rol op. Na afloop heb ik een praatje met een 'soldaat' in een SS-uniform. Met een zwaar duits accent vertelt hij over zijn hobby. Beetje merkwaardig. Ik bezoek ook Peter nog, met wie ik anderhalve week geleden hier in een Tiger Moth heb gevlogen. Verder is er een Zwitser die zijn eigen 2e Wereldoorlogtoestel heeft gebouwd, een Focke Wulf 190, en hij blijkt ook Yak 52's te verkopen. Ik neem zijn kaartje mee, kan altijd interessant zijn. Op zondag bezoek ik tussendoor nog even de schietbaan tegenover het vliegveld om met de .22 en de shotgun te schieten. Wederom niet slecht geschoten, met de .22 bijna een perfecte score op de 20 meter baan.

De afsluiting van de vliegshow is weer bijzonder spectaculair. Een gesimuleerde aanval op een vliegveld. Vrijwel alle vliegtuigen zijn in de lucht en scheren laag over het veld en bevechten elkaar in de lucht. Grote explosies op de grond blazen het decor op, zoals een V2 raket die op het punt staat gelanceerd te worden. In de lucht circelen 'aangeschoten' vliegtuigen met een dikke rookpluim omlaag om dan in een verweg gelegen rivierbedding te duiken, net alsof ze gecrashed zijn op de grond. Dit alles onder opzwepende muziek en oorlogsgeluiden. Heerlijk dat was 3 dagen volop genieten.

vrijdag 6 april 2012

Dag 67 - 68: Wanaka

Het landschap verandert van groen in goudbruin. De stijle kliffen en nauwe valleien worden een glooiend berglandschap. Ik ben nog geen uurtje onderweg van Te Anau en alweer in een compleet andere wereld. Die varieteit op zo'n korte afstand is wel het bijzondere aan Nieuw Zeeland. Het is 3 uur rijden naar Queenstown waar ik een tussenstop maak om mijn 'Auto Te Koop' posters op te hangen in verschillende hostels. Ik maak meteen van de gelegenheid gebruik om een grote Fergburger weg te happen en Guhnter een bezoekje te brengen. We kletsen wat en misschien komt hij zondag ook naar de airshow in Wanaka.

De weg naar Wanaka is weer even mooi en verrassend als de eerste keer. Zigzaggend de bergen op en af met prachtige vergezichten over het ruige landschap. De hemel is strakblauw, het blijft maar mooi weer. Ook in Wanaka verspreid ik mijn 'Auto Te Koop' posters over verschillende hostels. Ben benieuwd, als ik nu mijn auto zou verkopen moet ik nog ruim anderhalve week een auto huren. Voorlopig ook nog niks gehoord op mijn advertenties op internet. Ach jah, veel meer kan ik nu niet doen. De rest van de dag breng ik relaxed door in het plaatsje en het hostel. Morgen maar weer actief gaan worden.

Ondanks mijn goede voornemens begint de volgende ochtend redelijk lui. Uitgebreid ontbijten op het terras met uitzicht over het meer. Beetje winkelen in het dorp en tenslotte genoeg energie om mezelf een schop onder m'n kont te geven. Een mooie rondwandeling naar de top van Mount Iron, een flinke heuvel/berg net buiten Wanaka. Daarna kan ik mijn nieuwsgierigheid niet bedwingen en rij door naar het vliegveld, waar het een drukte van belang is. Allemaal voorbereidingen voor de airshow de komende 3 dagen. Later in de middags besluit ik om te proberen volledig rond Lake Wanaka te rijden. Ik volg nauwe gravelweggetjes vlak langs het meer. Halverwege houdt het echter op en moet ik weer omkeren. De omgeving is prachtig. Veel bomen rondom het meer krijgen hun herfstvachtje met goudgele bladeren. In het zonnetje is dat een mooi gezicht. Terug in het hostel vul ik de avond met lezen, internetten en kletsen. Ik verheug me op de airshow de komende 3 dagen.

woensdag 4 april 2012

Dag 65 - 66: Te Anau

Verdomd als het niet waar is. Daar loopt Brooks, de lange Amerikaan. Die is gisteren toch meteen op de bus gestapt naar Queenstown? en nu loopt 'ie hier op het terrein van mijn hostel in Te Anau. Met een grote grijns begroeten we elkaar. Brooks is inderdaad op en neer gereisd van Milford Sound naar Queenstown en vandaag meteen weer terug naar Te Anau. Flink wat uurtjes in de bus bij elkaar. Hij heeft nog niet genoeg van het wandelen in het prachtige fiordenlandschap en begint morgen aan een 3-daagse wandeltocht hier in de buurt. Hij vraagt of ik meekom maar ik heb andere plannen. Na 4 dagen lopen vind ik het eigenlijk ook wel welletjes. Mijn plan is om hier vandaag en morgen wat te relaxen. Wasje draaien, auto te koop zetten op internet en nog wat kleine dingetjes regelen.

Maar daar komt het vandaag niet meer van. Met Brooks ga ik Te Anau in, eerst om te lunchen en aansluitend is het happy hour in een van de cafe's. Met een aardige slok op belanden we wat jolig in een restaurantje voor het avondeten. We lachen wat af en Brooks heeft weer een hoop grappige verhalen uit zijn leven. Zo heeft hij in z'n jeugd als overtuigd Christen een bijbelgroep gerund, waarna hij op het verkeerde pad is terecht gekomen en uiteindelijk in een psychiatrische inrichting is beland. Lang geleden allemaal en we kunnen er smakelijk om lachen. We nemen afscheid en als ik ooit nog eens naar LA ga, dan ga ik zeker bij Brooks langs om een biertje te drinken.

De volgende dag is dan eindelijk de echte relax dag. Wasje draaien, auto te koop zetten en een beetje rondlummelen. Ben benieuwd of ik de auto verkocht krijg. Het liefst reis ik er nog mee rond tot op de dag van vertrek. Maar om 'm te kunnen verkopen moet ik minimaal de laatste week een beetje in de buurt van Christchurch blijven, zodat potentiele kopers de auto kunnen komen bekijken. Als die potentiele kopers er al zijn want het laagseizoen is nu duidelijk begonnen.

Vreemd om nu al te moeten gaan denken aan het afronden van de vakantie. Maar ja, zover is het nog niet. Morgen terug naar Wanaka want daar is komend weekend de grote vliegshow. En het ziet er naar uit dat het weer prachtig blijft. Strakblauwe hemel, zonnetje en een graadje of 20-22. Heerlijk.

dinsdag 3 april 2012

Foto's t/m dag 64

En hieronder weer wat foto's van de afgelopen 2 weken. Wederom in willekeurige volgorde.

Milford Sound

Milford Track

.22 schieten in Wanaka


Vliegles in een Tiger Moth, Wanaka

Kooiduiken met de grote witte haai

Milford Sound

Shotover valley - Queenstown

Milford Track

Vliegles in Tiger Moth

Milford Track


bergvlieg training Wanaka

Hongerige haai vanuit de kooi

Milford Track

Toys&Transport Museum Wanaka

Puzzle World Wanaka


woensdag 28 maart 2012

Dag 61 - 64: Milford Track

Het is een verdacht zonnige dag voor een gebied waar het gemiddeld zo'n 250 dagen per jaar regent. Ook de voorspellingen voor de komende dagen zijn zonnig en dat komt mooi uit. Vandaag begin ik aan de Milford Track, een 4-daagse wandeltocht van in totaal zo'n 55km door het prachtige fjordenlandschap. Per dag beginnen er maximaal 40 'vrije' wandelaars aan de tocht en 40 'begeleide' wandelaars. De wandeltocht is zo beroemd dat je ruim een half jaar van tevoren je plekje moet reserveren.

Tijdens de boottocht van een uur naar het startpunt van de wandeltocht maak ik al kennis met de eerste medewandelaars. Een Belg ben ik al eerder tegen gekomen in het hostel in Bluff. Verder is er een grote groep jonge Israeli's aan boord. Veel van hen maken een grote reis zodra ze klaar zijn met hun verplichte 2-jarige militaire diensttijd. En natuurlijk de nodige Duitsers. Die kom je hier in Nieuw Zeeland wel heel vaak tegen. Ook nog het Amerikaanse meisje, die met mij mee is gelift naar het startpunt van de boot. De rest van de medewandelaars zal ik later vanavond in de eerste overnachtingshut ontmoeten.

De hutten tijdens deze tocht zijn modern maar eenvoudig. Stromend vers bergwater, verlichting op zonne-energie die stipt om 10 uur 's avonds uitgaat en een keuken voorzien van gasstellen. Pannen moet je zelf meesjouwen, inclusief alle rommel en lege verpakkingen van het voedsel die je bij je draagt. Een apart toiletgebouwtje met enkel wc's en wasbakken. Geen douches, maar bij de meeste hutten is wel een plek in de buurt waar je kunt zwemmen in het ijskoude bergwater. Maar van die optie maak ik maar geen gebruik.

Zodra de wandelaars binnenkomen verdelen ze zich over de grote slaapzalen. Dan is het koken, eten en luisteren naar de hutbeheerder. Die uitgebreid vertelt over de flora en fauna in de omgeving en wat we de volgende dag tijdens de wandeltocht kunnen verwachten. Bij de huishoudelijke mededelingen wordt de hutbeheerder bij elke volgende hut steeds strenger. Vooral de groep Israeli's heeft er een handje van om rommel achter te laten en de gebruikte kookhoek niet schoon te maken.

De avonden zijn gezellig. De groep leert elkaar al snel beter kennen en er ontstaat zowaar een groepsgevoel, wat voor dit soort individuele tochten toch wel bijzonder is. De eerste avond speel ik Canasta met een Australisch gezin, vader, moeder en 3 kinderen. De volgende avonden gaan de wandelaars steeds vroeger naar bed. Ik kan het goed vinden met Brooks, een boomlange Amerikaan uit Los Angeles. Hij is daar docent op een High School met kinderen uit de wat lagere sociale klasse en dat levert interessante verhalen op. Zo is er speciale 'school' politie die daar op school rondloopt, volledig gewapend en met kogelvrije vesten aan. Dat is in Nederland toch ondenkbaar.

De wandeltocht door het Fjordenlandschap is werkelijk adembenemend mooi. De eerste dag is een makkie van 5km door de bossen tot de eerste hut. Daarna volgt de route een slingerende rivier door een diepe valei, lang geleden gevormd door gletjsers. Het landschap lijkt op tropisch regenwoud. Grillig gevormde bomen, bedekt met groen mos dat in slierten naar beneden hangt. Het is bijna sprookjesachtig. Langzaam werkt de tocht zich langs de bergwand omhoog tot je op de 3e dag begint met een stevige klim om een hoge bergpas te passeren. Van daaruit heb je een fantastisch uitzicht over de twee valleien aan beide zijden van de pas. Een lange afdaling volgt en deze nieuwe vallei is mogelijk nog mooier dan de vorige. Overal stromen watervallen van de wanden naar beneden terwijl je door een sproojesbos wandelt. Het water is ongelooflijk helder en kun je zo drinken. In de vele meren worden de omliggende bergen in het rimpelloze water weerspiegelt. De route is duidelijk aangegeven en eenvoudig te volgen. Hangbruggen en constructies van houten trappen maken het voor iedereen mogelijk om deze tocht te lopen. Aan het einde van de 3e dag is er een kleine side trip naar een gigantische waterval van  bijna 600 meter hoogte. Als je nat wilt worden kun je achter de waterval doorlopen, maar ik hou liever mijn spullen droog. De laatste dag is een lange wandeling over vlak terrein naar het eindpunt, Sandfly point. Daar worden we met de boot opgehaald en in Milford Sound afgezet.

Het laatste punt heet niet voor niets Sandfly Point. De hele tocht is vergeven van wolken van deze, kleine, irritante steekvliegjes. Ze zijn een motivatie om niet te lang stil te blijven staan en waar mogelijk te schuilen binnen in de schuilhutten onderweg. De 'begeleide' wandelaars hebben hun eigen hutten en schuilhutten. Deze zijn een stuk luxer dan die van ons. De begeleiders voorzien ze onderweg van thee en koffie en hun overnachtings'hutten' zijn kleine complexen voorzien van luxe als opgemaakte bedden, warme douches, electriciteit en een restaurant waar goed gegeten en gedronken kan worden. Maar ja, de prijs is er dan ook naar, zo'n NS$1000 per dag.

Dit onderscheid tussen luxe en spartaans versterkt alleen maar het groepsgevoel van de 'vrije' wandelaars. Voedsel wordt gedeeld en diegenen die het zwaar hebben worden door iedereen geholpen. Zo sjouwen twee Israeli's een heel stuk de rugzak van een ouder vrouwtje die iets teveel spullen heeft meegenomen. Aan het einde van de tocht wordt er uitgebreid afscheid genomen. Het busje terug naar Te Anau zit vol met tochtgenoten en we besluiten om 's avonds met z'n allen nog pizza te gaan eten in het plaatsje. Een mooi einde van een prachtige en gezellige wandeltocht.

Dag 59 - 60: Fiordland

5:30u in de ochtend gaat het alarm van mijn telefoon. Moeizaam sta ik op, neem een douche en pak m'n spullen bij elkaar. Om 6:30 word ik bij mijn hostel in Te Anau opgehaald door Mike. Behalve het kooiduiken met haaien organiseert Mike ook duiktrips in Milford Sound. De rit naar Milford Sound duurt vanaf Te Anau nog zo'n keine 2 uur. Knikkebollend zit ik achter in de auto terwijl we over een verlaten weg door het donkere landschap rijden. Ik vraag me maar niet af hoe Mike zich voelt, want die is vannacht uit Bluff komen rijden. Gisteren heb ik er de hele dag over gedaan om vanuit Bluff in Te Anau te komen, maar als je doorrijdt dan moet dat in een uurtje of 3 ook lukken. Opgeteld zit Mike dus 5 uur achter het stuur en gaat dan nog de duiktrip doen. Pffffff ik word al moe bij de gedachte en ik was al niet al te wakker.

Milford Sound ligt in Fiordland Nationaal Park, een reusachtig natuurgebied bestaande uit bergen, valleien, meren, rivieren, watervallen, regenwouden, bossen en fjorden. Het indrukwekkende landschap wordt goed zichtbaar als het licht begint te worden. Massieve, loodrechte bergwanden rijzen op uit helderblauwe bergmeren. Tientallen watervallen stromen als smalle, witte linten langs de bergwanden naar beneden. Het heeft gisteren flink geregend, zoals het in dit gebied heel vaak flink regent. Soms valt er wel tot 8 meter (!) regen per jaar. Het zoete, koude regenwater stroomt langs de hellingen naar beneden en ligt als een troebele, olieachtige laag op het warmere zilte zeewater in de fjorden. De troebele laag schermt het zonlicht af en zorgt ervoor dat er op zo'n 15 meter diepte onderwaterleven voorkomt dat normaal veel dieper zwemt of groeit. Dit maakt van de fjorden een unieke locatie om te duiken.

We zijn met een klein groepje van 5 duikers en Mike als duikgids en mijn duikbuddy. We varen een stuk de fjord bij Milford Sound op. Het fjordenlandschap is adembenemend met de vele bergen en watervallen. Voor de wand van een loodrechte berg gaan we voor anker en dan te water. Het zoete water is koud en we duiken zo snel mogelijk door de gelige, troebele laag naar het heldere zoute water dat een stuk comfortabeler aanvoelt. We volgen Mike op zo'n 8 meter diepte over de bodem. Onderweg zien we bomen van 'zwart' koraal, die onder water helder wit zijn. Onderweg komen we veel verschillende soorten vissen en grote kreeften tegen. Mijn lucht is 10 minuten eerder op dan de rest van de groep en ik keer weer terug naar de oppervlakte en de boot. Na een pauze van een uur varen we door naar een tweede duikstek in de fjord. Ook hier gaan we weer door de troebele laag naar het heldere zoute water. We dalen tot zo'n 16 meter en nu is er geen bodem. De fjord is hier wel honderden meters diep. We volgen de fjordwand en bewonderen het bijzondere onderwaterleven. Als ik nog 50 bar over heb in m'n tank geef ik dat aan Mike door. Hij maakt een gebaar wat lijkt op einde duik en ik ga naar de oppervlakte. Later begrijp ik van Mike dat ik door hat kunnen duiken en hij bedoelde met het gebaar dat ik op gelijke hoogte als hij moest aflevellen. Lesje voor de volgende keer.

Ik rij terug naar Te Anau met een Zwitsere duiker, Leandro. We eten een hapje in het dorp en dan ga ik me voorbereiden voor een 4-daagse wandeltocht met rugzak door dit gebied. De beroemde Milford Track, een van de mooiste wandelingen schijnt...

zondag 25 maart 2012

Dag 57 - 58: Bluff & Stewart Island - Big White Shark Diving

Mike en George zijn net een komisch duo. Mike is de schipper en eigenaar van de boot en het activiteitenbedrijfje. George is een oudere, blanke Zuid-Afrikaan die vandaag zijn hulpje is op de boot. George doet alles fout en Mike legt hem overdreven duidelijk uit hoe hij het graag zou willen. Gezien de beperkte ruimte op de boot gebeurd dit erg publiekelijk. Het helpt de arme George hierbij ook niet dat hij wat hardhorend is.

Nadat ik gisteren van Wanaka op m'n gemak naar Bluff ben gereden, sta ik vanochtend om 8 uur klaar in de haven om te vertrekken. Samen met nog 10 anderen gaan we vandaag duiken in een kooi tussen de haaien. En als het meezit zien we dan de grote witte haai, oftwel de mensenhaai. Zodra het Mike en George samen gelukt is om van wal te steken zetten we koers richting Stewart Island. Het gaat behoorlijk tekeer in de straat van Foveaux, de zee tussen Bluff en Stewart Island. Het tij, in combinatie met de wind en de ondiepe straat zorgt voor metershoge golven. Vorige week is er nog een schippersboot omgeslagen door een monstergolf en zijn er 8 mensen omgekomen. De boot baant zich een weg over en door de golven, lijkt soms even los te komen om dan met een harde klap weer op het water te smakken. Gelukkig wordt de zee rustiger als we in de luwte van de kust van Stewart Island komen. We gaan voor anker en Mike laat de grote metalen duikerskooi, die op het bovendek staat, met een kraan achter het schip in zee zakken. Dit lukt aardig ondanks de hulp van George, die altijd net het verkeerde touw in handen heeft tijdens dit karweitje.

Mike geeft instructie over het gebruik van de kooi en de duikuitrusting. Hij vertelt net dat het soms wel enige uren kan duren voor er haaien te zien zijn, of we horen George een kreet uitslaan en een hoop gespartel in het water. Iedereen snelt naar de reling en we zien nog net hoe een reusachtige witte haai terug het water induikt. George staat onbeholpen met het einde van een gerafeld touw in zijn handen. 'George, please do not use the bait now' smeekt Mike. Een grote moot tonijn die als aas moet dienen is onverwachts te grazen genomen nadat George die aan een lange lijn het water in heeft gegooid. Iedereen is opgewonden nu. Er kunnen er 3 tegelijk in de kooi en we gaan gelijk aan de slag om ons om te kleden in een wetsuit.

Ik ben de tweede lichting die te water gaat in de kooi. Vanaf het dek hebben we al kunnen zien dat er minstens een grote haai rond de kooi zwemt. Voorzichtig dus met er van bovenaf inkruipen. Van de kooi afvallen in de zee is nu geen optie. De kooi ligt precies op de waterlijn en is aan de boot vastgemaakt. Die deinen dus samen op en neer op de golven aan de oppervlakte. Onder water in de kooi klem ik mijn voeten onder een touw op de bodem en hou me vast aan een railing aan de binnenkant van de kooi. Op ooghoogte is de kooi over een hoogte van 30cm volledig open over de volle breedte. Zo heb je een mooi uitzicht naar buiten en kunnen de echt grote haaien niet naar binnen komen. Grote brokken tonijn worden aan een touw voor de kooi gesleept als lokaas. En het is al direct raak. Een reusachtige witte haai zwemt vlak voor de kooi langs achter het aas aan. Hij is zeker 4 meter lang en zijn gestroomlijnde lijf zit onder de grote krassen en littekens. Vlak naast zijn rugvin zit een transponder vastgeprikt. Deze bedreigde diersoort wordt nauwlettend in de gaten gehouden. Hij zwemt geruisloos voorbij met zwarte, lege ogen die nietsziend in de kooi staren. Dan haalt hij uit naar het aas. Een indrukwekkende bek vol vlijmscherpe tanden. Hij mist en ramt hard met zijn kop tegen de kooi, zijn ogen nu wit weggedraaid. In zijn haast om weg te komen slaat hij met zijn staart een aantal maal tegen de kooi. Ongelooflijk wat een kracht en snelheid. Ik zou nu niet graag buiten de kooi zwemmen. In het volgende half uur zwemmen een drietal grote witte haaien de hele tijd rond en onder de kooi. Ze komen erg dichtbij, staren naar binnen en draaien dan weer weg. Het is oppassen geblazen om niet 1 haai helemaal de hoek om te volgen en dan per ongeluk je hoofd uit de kooi te steken. Er zwemmen er nog 2 rond in de buurt en ze zijn bijtgraag.

Na een half uur is de volgende lichting aan de beurt. We blijven nog een tijdje voor anker liggen en wie wil kan nog een keer de kooi in. Ik heb het echter koud gekregen en neem een warme douche en kleed me aan. De zee wordt steeds ruiger en op een gegeven moment besluit Mike om de kooi omhoog te halen. Het is met deze deining niet langer verantwoordelijk om er in te kruipen. Met een korte tussenstop op Stewart Island snellen we over de wilde oceaan weer terug naar Bluff. Hier heb ik in het saaie havenplaatsje alle tijd om deze ervaring op me in te laten werken.

zaterdag 24 maart 2012

Dag 56 - Wanaka in de regen

Blammm. Het dubbelloopsgeweer geeft een flinke terugslag tegen m'n schouder en wang die op de kolf ligt. Voor me spat een oranje kleiduif uit elkaar. Vier van de vijf schoten al raak. Volgens de schietbaanmeneer ligt het gemiddelde op 4 raak van de 20 schoten. Niet slecht bezig dus. Nieuwe patroon in de loop. Voetpedaal indrukken. 21, 22, 23, 24 en daar schiet de kleiduif weg in een willekeurige richting. Richten, mee blijven bewegen, korrel net onder het oranje schijfje. Blammm. Mis. Oefff, de volgende schoten heb ik een klein inzinkinkje en mis ik de meeste schoten. Uiteindelijk heb ik 8 van de 20 kleiduiven om zeep geholpen. Niet slecht, maar er zit meer in. Maar niet vandaag meer met de shotgun, ik heb een zere wang en een lamme arm na die 20 schoten.

De ochtend was droog maar bewolkt begonnen. Net nadat ik mijn was buiten op de waslijn heb uitgehangen begint het te gieten. En het regent nog steeds. Geen vliegweer en dus mooi de tijd om andere dingen te doen. Het eerst bezoek ik het 'Toys & Transportation Museum' bestaande uit vier grote hangaars naast het vliegveld. Buiten in de regen staan wat tanks en vliegtuigen opgesteld waaronder een mooie Mig 21 in camouflagekleuren. Binnen in de eerste hangaar krijg ik een soort 'Gore' deja vu gevoel. Eindeloze rijen met kasten vol met stoffig speelgoed en prullaria. Daartussen rijen met oude auto's, voornamelijk uit de jaren 20 en 30 van de vorige eeuw. Talloze vliegtuigmodellen hangen aan het plafond of zijn simpelweg uitgestald op de daken van de auto's. Alles is hutje mutje volgepropt. De andere hangaars zijn niet anders ingericht. Propvol. Een hangaar staat vol met oude brandweerwagens, zoveel en krap naast elkaar gezet dat je er niet tussendoor kunt lopen. In een andere hangaar staan een aantal oude vliegtuigen tussen de rijen autos opgesteld. De collectie auto's loopt door onder de vleugels tot aan de romp. Tegen de wanden staan kasten met de meest vreemde verzamelingen. Buitenboordmotoren, Star Wars speelgoed, een vitrine vol met smurfen poppetjes, een collectie oude naaimachines, poppenhuizen, speelgoedvliegtuigen, strijkijzers. Bedenk het en je kunt het hier vinden. Ongelooflijk en ontzettend vermoeiend.

Even uitrusten en lunchen op het vliegveld en dan door naar de schietbaan aan de overkant. Na het kleiduifschieten heb ik de smaak te pakken en ik koop een doosje patronen voor het .22 geweer. Na wat inschieten een blanco doelvelletje naar het einde van de schietbaan transporteren en 10 schoten hierop lossen. Negen van de 10 in de roos. Oei, best goed. De laatste 10 schoten schiet ik uit de losse hand, zonder gebruik te maken van een steun. Een stuk moeilijker maar toch ook wel weer een aardige score. Hmmm.... nieuwe hobby erbij ?

Het blijft de rest van de middag regenen. In de lounge van het hostel zit iedereen rustig een boekje te lezen of op een laptop te werken. Ik sluit me hierbij aan en lees m'n boek uit dat zich afspeelt in Fiordland in Nieuw Zeeland. Leuk, in dat gebied zit ik volgende week bijna de hele week.

vrijdag 23 maart 2012

Dag 55 - Wanaka in een Tiger Moth

Een groene overall, daarover een dikke schapenleren vliegersjas, handschoenen en een leren helm met ingebouwde headset en een ouderwetse vliegeniersbril. Zo liepen de piloten er in de jaren 30 en 40 van de vorige eeuw ook bij. Het bijbehorende vliegtuig is de Tiger Moth. Een tweedekker die voor en tijdens de tweede wereldoorlog veel gebruikt werd als opleidingsvliegtuig. Peter helpt me in de achterste, krappe zitplaats. Slingert met de hand de propellor aan en kruipt voorin. Off we go. Direct na take off krijg ik de controls en voorzichtig probeer ik deze uit. Even aanvoelen wat de stick en rudder doen in zo'n oude kist. Voelt prima en ik maak wat bochten linksom en rechtsom. Op 3000 voet neemt Peter de controls weer over en demonsteert een stall en twee slagen spin. Het vliegtuig spint makkelijk, maar is er gelukig ook weer makkelijk uit te halen. Tenminste... als je voldoende hoogte hebt. Ik krijg de controls weer en we vliegen naar het laagvlieggebied, een vlakte met wat weilanden en bomen. Hier oefenen we het laag ober het landschap vliegen. Fanastisch gezicht om de dubbeldeks vleugels van doek, hout en staalkabel naast je te zien terwijl we vlak over de bomen scheren. De cockpit is open en de wind blaast in m'n gezicht. Wat een heerlijk primitieve manier van vliegen. Ook hier ligt een grasstrip en oefenen we wat touch & go's. Ik voel meer mee dan dat ik zelf vlieg, maar dat is maar goed ook. Zo'n oude staarwielkist landen is toch heel anders dan een modern toestel. Na de landing terug op Wanaka stap ik met een grote grijns uit. Heerlijk dit soort vliegen.

Maar de vliegdag is nog niet over. Na een pauze, waarin ik het lokale vliegtuigmuseum bezoek, gaan we 's middags weer bergvliegen in de Piper Cherokee. De nadruk ligt nu op het landen op verschillende 'veldjes' die hier verstopt liggen in het landschap. Deze worden vaak gebruik door crop dusters (sproeivliegtuigen). Wederom geen standaard circuits maar we passen de nadering van de strip aan op de omgeving. De strips zijn allemaal kort en smal en lopen op of af in het oneven terrein. Eentje ligt hobbelig op de rug van een langgerekte heuvel, geen marge om aan de zijkant van de smalle baan te raken. Na wat touch & go's op een drietal strips gaan we langzaam vliegen door een vallei. Twee standjes flaps en dan weer 360 graden bochten draaien. Zo werken we onze weg weer terug naar Wanaka airfield. Na de vlucht voel ik me behoorlijk moe. Dat is toch heel intensief vliegen zo. Maar super leerzaam en natuurlijk genieten van de prachtige omgeving. Die verveeld hier nooit.

Ik voel me te moe om nog met de shotgun te gaan schieten op de schietbaan, maar Wanaka heeft meer te bieden. Even verderop aan de weg ligt Wanaka Puzzle World. Bij binnenkomst zie ik allemaal tafeltjes staan waar volwassenen druk in de weer zijn met allerlei soorten puzzels, breinbrekers en spelletjes. Na het betalen van de entree krijg je toegang tot een aantal ruimtes met optische illusies. Zo is er een kamer waarin je wordt aangestaard door 170 beroemde gezichten die de muren vormen. Als je door de zaal loopt draaien de gezichten allemaal mee en blijven je aanstaren. Freaky. Een andere ruimte is helemaal onder een hoek gebouwd, maar alle objecten erin staan 'recht'. Dus voor je gevoel sta je zelf scheef. Dat leidt tot vreemde effecten zoals een waterval die omhoog stroomt of biljartballen die op een tafel omhoog rollen. Lastig om je evenwicht te bewaren in deze ruimte. Tenslotte is er buiten nog een groot labyrinth gebouwd waarin je de 4 hoektorens moet zien te vinden. Het kost me ruim een uur dwalen voordat ik deze gevonden heb en dan ook weer terug ben bij de uitgang.

Echt heel moe nu kom ik weer terug in het hostel, prachtig gelegen aan de rand van het meer. Tijd voor een laat middag dutje die overgaat in een luie avond op de bank. Morgen toch echt die shotgun gaan uitproberen.

donderdag 22 maart 2012

Dag 54 - Wanaka in een Piper Cherokee

Ja hoor het is weer zover. De vliegkriebels spelen weer op. Gelukkig is er in Wanaka hiervoor een medicijn te vinden: het plaatselijke vliegveld. Peter Hendriks is een Nieuw Zeelander met duidelijk Nederlandse voorouders. Hij heeft zijn eigen vliegbedrijfje in Wanaka en hij geeft onder andere bergvliegcursussen. Lijkt me reuze interessant om daar eens een paar lessen in te nemen, want dat is iets wat in Nederland toch een beetje lastig is om te doen.

Maar voor het zover is dump ik eerst rond het middaguur de meeliftende Duitser en mijn bagage in het hostel. De vliegles is pas  om 3 uur dus ik heb nog wat tijd te doden. Doden... hmmm..... onderweg vlak bij het vliegveld heb ik een bordje gezien 'Try a shot'. Het blijkt een schietbaan te zijn waar je met allerlei leuk wapentuig kunt spelen. Vandaag kies ik maar eens het .22 geweer. Vijfentwintig kogels later ben ik 3 velletjes met gaatjes rijker. Niet slecht geschoten al zeg ik het zelf. En gelukkig is de schietbaanmeneer het met me eens. Morgen maar eens een shotgun proberen.

De Piper Cherokee is nog warm van de laatste vlucht dus het starten is zo gebeurd. Uittaxien naar de baan, laatste checks en dan vol gas in take off. In een rechte lijn vliegen we over Wanaka en stijgen onderwijl rustig naar een hoogte van 4000 voet. Wanaka is ook weer zo'n gezellig klein plaatsje gelegen aan een prachtig bergmeer midden in het Alpen massief. We beginnen met een oefening contour-vliegen: het volgen van het berglandschap tussen de bergen door. We volgen de grillige loop van een vallei. Tijdens het vliegen geeft Peter instructie. Let op wat de wind doet tussen de bergen en altijd zorgen dat je voldoende ruimte hebt voor een 'ontsnappingsplan'. Zo oefenen we een paar keer een ruime 360 graden bocht tussen de bergenwanden in de vallei. Ook is het belangrijk om niet blindelings de bocht om te vliegen om de berg te volgen maar de bocht zo ruim nemen dat je zeker weet dat er na die bocht niks in de weg staat. Klinkt logisch eigenlijk. Al spelend tussen de bergen zien we beneden ons in het dal een smalle grasstrip naast een rivier liggen. Prima ding om een 'striplanding' op te oefenen. Alles wat ik geleerd heb over netjes een circuit vliegen kan overboord. Er is simpelweg geen ruimte voor tussen de bergenwanden van de vallei. Een paar S-bochten brengen uitkomst en tegen stall-speed aan glijden we naar het kortje veldje. Landen, remmen, aan het einde omkeren, vol gas en direct weer in take off. We oefenen deze striplanding een paar keer en dan vliegen we tussen de valleien door weer terug naar Wanaka. Dat smaakt naar meer...

's Avonds bezoek ik nog een andere bezienswaardigheid in Wanaka. De plaatselijke bioscoop. Een zaaltje volgezet met oude bankstellen en zelfs een volkswagen kever waar je in kunt gaan zitten. Lekker relaxed liggend op een bankstel kijk ik de eerste helft van de film 'J. Edgar Hoover'. Maar de film is een beetje traag en saai en in de pauze smeer ik 'm terug naar mijn hostel. Morgenochtend vroeg vliegen als  het weer meezit.

Dag 52 - 53: Queenstown

Queenstown, de 'toy' town van het Zuidereiland. Gelegen aan een groot helderblauw bergmeer, omgeven door een ruig berglandschap. De plaats voor alle avontuurlijke outdoor-activiteiten waar Nieuw Zeeland bekend om staat. Bungi jumpen, jetboating, canyonning, noem maar op. Talloze boekingskantoortjes in de gezellige winkelstraatjes en heerlijke terrasjes aan het water bij het meer. De hemel is strak blauw en het het zonnetje schijnt volop. Tandemparagliders dwarrelen de hele dag naar beneden van de hoge berg waar Queentown tegenaan ligt. Kortom, geen slechte plaats om te zijn. Zeker niet als je wat geld te besteden hebt, want de activiteiten hier zijn stevig aan de prijs.

Ik kom rond het middaguur aan en besteed vrijwel de hele middag aan het ronddwalen door het plaatsje, op terrasjes zitten en proberen om wat activiteiten te boeken. Dat is lastiger dan je denkt. Het hoogseizoen is definitief voorbij en voor Queenstowns begrippen is het nu erg rustig. Activiteiten zijn niet meer volgeboekt en bij vele is het de vraag of ze doorgaan omdat er een minimum aantal deelnemers nodig is. Uiteindelijk boek ik voor morgenmiddag een jetboating tour die zeker wel doorgaat. Helaas precies midden op de dag zodat er geen ruimte meer is voor een andere activiteit.

Rond een uurtje of 5 ga ik een biertje drinken met Guhntar Rowe. Hij heeft vroeger voor iOpener wat ontwikkelwerk gedaan vanuit Nieuw Zeeland en het is leuk om hem nu in het echt te ontmoeten. In het dagelijkse leven doet hij off-road adventure activiteiten. Quadbike en motorbike tours en dat soort dingen. Het is gezellig en we spreken af om morgenmiddag weer een biertje te gaan drinken na zijn werk.

De volgende ochtend is het wederom stralend weer. Op straat ontmoet ik de Duitser die vorige week met me meegereden is naar Dunedin. Hij reist op een laag budget en heeft een verwonding aan zijn enkel. Een slechte combinatie in Nieuw Zeeland en zeker in Queenstown. Geen geld voor activiteiten en niet de mogelijkheid om de enige gratis activiteit in de omgeving te doen: wandelen. Hij bietst een lift naar Wanaka morgenochtend. Prima hoor.

Churros met warme chocoldemelk als ontbijt op een terrasje aan het water. Straatmuzikanten op bijna elke hoek van de straat. Een warme, zomerse herfstdag. Het leven kan een stuk slechter. Om 12 uur vertrekt de tour. Een bus brengt ons door het mooie berglandschap naar Skippers Canyon. Onderweg vertelt de buschauffeur met veel humor over het verleden. Eind 19e eeuw heerste hier de goudkoorts en veel goudzoekers kwamen in het ruige gebied hun geluk beproeven. Rijdend door het gebied kun je de barre omstandigheden van die tijd goed voorstellen. De smalle gravelweg die we langs ravijnen en door nauwe bergpassen volgen zou ik niet graag met mijn auto rijden. Door de canyon stroomt een ondiep riviertje waarop we een stukje gaan varen met een jetboat. Dat is een speedboat die wordt voortgestuwd door een waterstraal in plaats van een schroef. De 450pk motor ramt er zo'n 25.000 liter water per minuut doorheen en dat geeft ons een vaartje van zo'n 70 a 80 km/u.  Zo scheren we over het water tussen de soms erg nauwe wanden van de canyon door. Toegegeven, het is best spectaculair.

Terug in Queenstown ga ik met de kabelbaan naar de top van de berg die over het plaatsje en het meer uitkijkt. Een late lunch met prachtig uitzicht. Guhntar heeft het te druk om een biertje te gaan drinken maar ik kom 2 Zwitsers tegen die ik ook al in het hostel in Invercargill heb ontmoet. Gezamenlijk eten we de beroemde Queenstown Ferg Burger (een mega grote hamburger) en daarna stappen in het centrum. Het is woensdagavond en niet heel erg druk maar in de bar 'Cowboy' vermaken we ons prima met bier drinken, poolen en de rodeo stier berijden. Het is al laat als ik weer in het hostel terug kom en ik moet morgenochtend voor 10 uur uitgechecked zijn. Maar snel gaan slapen.

maandag 19 maart 2012

Dag 51 - Gore

Gore is drie keer niks. Letterlijk.

Bijvoorbeeld:

1. vanavond slaap ik alleen op een slaapzaal met 4 bedden in het vrijwel uitgestorven, onsympatieke hostel
2. vanavond zat ik alleen in de plaatselijke bioscoop met 250 stoelen een film te kijken (John Carter)
3. vanavond was ik het enige levende wezen op straat toen ik terugliep naar het hostel

Vanmiddag was het nauwelijks ietsjes beter:

1. Het vliegtuig museum wat ik  bezocht was een moderne hangaar met wat Tiger Moths en nog 3 a 4 andere vliegtuigtypes. Niet heel erg interessant, maar de entree was dan ook maar 5 dollar. Saai.

2. De ernaast gelegen vliegtuigwerkplaats lijkt wel een stap terug in de tijd. Zo'n 100 jaar ongeveer. Een oude hangaar waar het zonlicht door hoge ramen binnenvalt in grote stoffige ruimtes. De geur van versgezaagd hout. Het geluid van getimmer en geklop. Bijna geen elektrisch apparaat te vinden. En overal vliegtuigonderdelen. Rekken vol met houten geraamtes van vleugels. Overal half afgebouwde vliegtuigrompen van hout en doek. Vettig glimmende  vliegtuigmotoren op houten kisten omgeven door bakjes met onderdelen. Heel wat anders dan de steriele werkplaats van Alpha die ik in Hamilton heb bezocht, maar wel met een zekere ambachtelijke charme. Verrassend.

3. En dan als laatste het plaatselijke Air Force Museum, aangeduid als bezienswaardigheid op het stadsplattegrondje. Na het volgen van officiele bewegwijzering door heel Gore kom ik uit op een soort woonerf met een aantal helblauw geschilderde schuren en een grote garage. In een van de schuren staat een vervallen, stoffige Tiger Moth tweedekker te vergaan onder wat vieze doeken. Uit een andere schuur komt de eigenaar me welkom heten. Een oud mannetje met een grote bril met meekleurende glazen. Het ene glas is donkerder dan het andere glas, wat wel past bij de vervallen uitstraling van het geheel. Op het woonerf staat het karkas van een oude helicopter, ook weer weggestopt onder wat stukken zeildoek. Ik word uitgenodigd om het museum te bekijken en  nieuwsgierig volg ik het oude baasje de garage in. Er hangt een vochtige, muffe lucht. Aan de muren hangen krantenknipsels en foto's. Op planken aan de wanden staan rijen waardeloze prullaria. Baseball caps, slordig in elkaar gezette vlietuigmodelletjes, muizenvallen, lege bierflesjes en kinderspeelgoed. De tweede ruimte is niet veel beter en ik probeer zo weinig mogelijk adem te  halen terwijl ik het mannetje langs het gestripte karkas van een onherkenbaar vliegtuig volg. Wat een rommel. Ik bedank de man hartelijk voor de rondleiding, doneer wat kleingeld voor de instandhouding van dit 'museum' en maak daarna dat ik wegkom. Goor.

Tsja, ik had me iets meer voorgesteld van deze tussenstop op weg naar Queenstown. Maar ik had al gewaarschuwd moeten zijn door de plaatsnaam... Gore.

Dag 50 - Invercargill

"Nee helaas, er zijn geen golven. Geen surfles vandaag". Da's wel balen. Het is 10 uur 's ochtends en mijn activiteit van vandaag gaat niet door. Het is dreigend weer en het heeft vanochtend al flink geregend. Ik kijk uit over de baai van Curio Bay. Een prachtig zandstrand en inderdaad een rustige zee met wat kleine golfjes. Maar vlak bij het strand zwemmen dolfijnen. Het zijn de kleine Hector-dolfijnen die ik ook al heb gezien in Akaroa. En het zijn er een hoop.

Ik bedenk me geen minuut en spurt het strand op. Enkel in m'n zwembroek duik ik de koude zee in. Als ik wat dieper het water in loop komen de dolfijnen naar me toe. Nieuwsgierig draaien ze op een tiental centimeters om heen. Buitelen voor me in en uit het water en surfen dan op de golven naar het strand, waar ze in de branding met een mooie sprong omdraaien en weer terug komen. Ik zwem een paar keer met ze mee op de golven, maar ze zijn daar veel beter in dan ik. Hun snuit steekt uit de voorkant van de golf terwijl ze hard meezwemmen. Dit is ongelooflijk gaaf. Echt zwemmen met speelse dolfijnen. Ze zijn ontzettend snel en zoeven van alle kanten vlak langs me heen. Als hun rug boven water komt hoor ik ze ademhalen door het blaasgat voor hun rugvin. Verderop buitelt er eentje hoog de lucht in om dan met een mooie duik weer te water te gaan. Wauw.

Ik heb blijkbaar het goede voorbeeld gegeven want er komen nog wat mensen het water in. Na bijna 3 kwartier spelen vind ik het mooi geweest. Het is koud en het begint weer te regenen. Na een lekkere warme douche in het hostel vertrek ik op weg naar Invercargill. Dit is een klein stadje vlakbij Bluff, het meest zuidelijke havenplaatsje van Nieuw Zeeland. Hier vertrekt morgen de boot voor mijn activiteit die me morgenavond zal afzetten op Stewart eiland.

Aangekomen te Invercargill word ik gebeld door het kantoortje van de activiteit van morgen. De activiteit wordt gecancelled. Er is gisteren een ongeluk op zee gebeurd en 8 mensen uit Bluff en omgeving zijn omgekomen. Omdat het zo'n kleine gemeenschap is waar iedereen elkaar kent, zijn de tours vanuit Bluff de komende week gecancelled. Sneu maar ook wel balen. Het regent en in Invercargill is verder weinig te doen. Dan maar wat internetten in het hostel en een beetje relaxen en kletsen met de andere gasten. Misschien dat ik met wat omgooien van mijn plannen volgende week toch nog terug kan komen om de activiteit te doen.

zondag 18 maart 2012

Foto's t/m dag 49

En hier wat foto's in willekeurige volgorde t/m dag 49.

Sleep tijdens zweefvliegles, Omarama

Station van Dunedin

Elephant Rocks ergens onderweg

Diorama crash Red baron

Marlborough Sounds

Epic zweefvliegen in de bergen

Nugget point, catlins

Zeeleeuwen op het strand, catlins

Toen de mountainbike het nog deed

Kayakken bij Mt cook

Ijsschotsen in Glacier Lake

Zweefvliegcursus met Grizz

Kewa's eten rubber

Pancake rocks

Moeraki boulders

Onderweg in de Zuidelijke Alpen

Zweefvliegen in de bergen

Mooi groen is niet lelijk, Zomburlesque, Dunedin

Schiereiland bij Dunedin


bergwandeling Arthurs Pass

Kerkje in Omarua
Yellow Eyed pinguin, curio bay, catlins

Dag 49 - Catlins Coast

Om 9 uur 's ochtends ben ik bij de Count Down supermarkt om voorraad in te slaan voor de komende dagen. De Catlins Coast is het ruige kustgebied in het uiterste zuiden van het Zuidereiland en ik verwacht daar weinig winkels of internet en telefoondekking. Plan is om vandaag relaxed de zuidelijke kustweg te gaan volgen en waar mogelijk af te slaan om bezienswaardigheden te gaan bekijken.

Het is prachtig weer en met een lekker muziekje aan laat ik Dunedin achter me. Het eerste uitstapje leidt via een onverharde weg naar Nugget Point. Op een hoge klif in zee staat een witte vuurtoren die via een smal wandelpad bereikt kan worden. Ver beneden me steken ruwe rotsen uit zee, de nuggets, waarop je zeehonden lui ziet zonnebaden. Bovenop de klif voor de oude vuurtoren heb je een prachtig uitzicht over zee en de ruige Catlins kust. Hierna vervolg ik de gravelweg naar Cannibal Bay. Op het kleine parkeerplaatsje bij het strand staan nog 2 campers. Het zandstrand is omgeven door hoge kliffen en verderop zie ik een paar mensen staan. Als ik erheen wandel zie ik waarnaar ze kijken. Een stuk of 15 reusachtige zeeleeuwen liggen op het strand te luieren. Een paar grote robben schuifelen wat heen en weer en steken hun kop in de lucht en slaan wat klanken uit. Soms volgt een korte achtervolging als de een te dicht bij de ander komt. De beesten zijn echt gigantisch groot en ik blijf op gepaste afstand en zorg dat ik niet tussen hen en de zee kom, hun vluchtweg. Na een tijdje liggen ze allemaal lui in het zand en scheppen af en toe een grote vin zand over zich heen. Wel bijzonder om hier zo tussen die reusachtige, wilde beesten te lopen.

Ik vervolg m'n weg naar een andere plaats aan de kust, Jack's Blowhole. Een diep gat in de rotsen waar het zeewater doorheen geperst wordt. Maar op de parkeerplaats bij het strand hoor ik dat de 30 minuten wandeling daarheen niet echt de moeite waard is. Die 30 minuten besteed ik dan maar aan het kletsen met een kiwi die me uitnodigd voor een biertje en het avondeten. Helaas heb ik andere plannen en ik vervolg m'n weg langs de kust. Het landschap is afwisselend maar altijd groen. Soms glooiende heuvels, dan weer stijle bergen, uitgestrekte weilanden of dichtbegroeide bossen. En dat in alle combinaties. Ik rij rustig door en laat wat bezienswaardigheden zoals watervallen links liggen.

Tegen het einde van de middag kom ik aan in Curio Bay, mijn eindbestemming voor vandaag. In het hostel blijk ik toevallig mijn twee kamergenoten al te kennen. De een is Richard, de messenmaker uit Dunedin, die hier een weekendje komt duiken. De ander is Patrick, een Zwitser die ik weken eerder in een hostel aan de westkust heb gesproken. Met Patrick wandel ik na het avondeten naar het 'petrified forest' een kleine 10 minuten verderop. Een versteend plateau van miljoenen jaren oude boomstammen en boomstompen ligt in zee en is bereikbaar bij laag tij. Bizar om te bedenken dat de versteende boomstammen die ik hier zie wel 180 miljoen jaar oud zijn. Het is tegen zonsondergang en dan komen ook hier de pinguins aan land om terug te keren naar hun nest. En ja hoor, een paar ruim halve meter hoge 'yellow eyed' pinguins waggelen op hun grappige manier vlak langs me heen. Op het plateau zijn wel een stuk of 40 mensen om dit schouwspel vast te leggen. Wat moeten die pinguins wel niet denken ?

De rest van de avond speel ik wat spelletjes schaak met Patrick en Richard. Morgen wordt er weer minder weer opgegeven. Hopelijk niet te slecht...

zaterdag 17 maart 2012

Dag 48 - Dunedin

"Bij mijn volgende optreden word ik opgesloten in een gevangenis van toffees en dan lik ik me een weg naar buiten" zegt Audrey lachend. Audrey is Performance Artist en ze zit naast me in het theater. Ze nodigt me uit om morgenavond naar een ander optreden van haar te komen. Dan speelt ze een drinkspelletje met het publiek. Het publiek stelt haar vragen in de trent van "have you ever..." en als ze liegt dan drinkt ze een glas wijn leeg. Zo jaagt ze er wel een aantal flessen doorheen en wordt ze op het podium ladderzat. Jammer dat ik morgen alweer onderweg ben.

En het leek zo'n normaal dagje te worden in Dunedin. 's Ochtends lekker uitslapen en dan in het centrum op een terrasje een heerlijk ontbijtje wegwerken. Vervolgens urenlang door de stad slenteren. Museum bezoeken, wat bijzondere gebouwen fotograferen , lunchen in het plaatselijke park en een fikse wandeling naar het stijlste straatje van de wereld. En die natuurlijk beklimmen.

Maar Dunedin is een bruisende studentenstad waar altijd wat te doen is. En toevallig is er nu een Frans filmfestival en een theaterfestival. Nou een beetje cultuur kan nooit kwaad denk ik zo na al die buitensport activiteiten van de laatste tijd. Om 6 uur ga ik naar de franse film "Heat Wave" of in het Frans "Apres le Sud". Een aardig drama waarin de levens van 4 mensen vervlochten raken in de zinderende hitte van Zuid-Frankrijk. Het dramatisch einde zie je al lang aankomen en is even onheilspellend als onafwendbaar. Vervolgens ga ik naar het Octagon, het centrum van Dunedin met de centrale straten in de vorm van een achthoek. In het midden is er een theathervoorstelling met het thema vuur. Maar helaas begint het wat later dan gepland en voordat ik de eerste vlammen en explosies heb gezien ga ik alweer door naar het theater Sammy, wat verderop in de stad. Op aanraden van iemand uit het hostel ga ik daar de voorstelling Zombrulesque zien.

Zombies en Burlesque. Klinkt interessant, whatever Burlesque ook moge zijn, met zombies erin zal het wel bloederig zijn. In het theater komen Audrey en haar vriend naast me zitten. De voorstelling begint en een zombie-verteller introduceert 4 knappe zombie-dames. De muziek begint te spelen en al dansend en acterend ontdoen de zombie-dames zich van hun kledij. En zo volgt er scene op scene waarin in wisselende samenstelling zombie-dames dansend en springend uit de kleren gaan. Geniaal is de scene waarin op muziek uit Kill Bill de witte verpleegster door 4 zombies de kleren van het lijf wordt gescheurd. Het publiek is razend enthousiast, inclusief mijzelf, maar Audrey naast me spant wel de kroon. Ze gilt en roept en verzucht dan  'oh ik ben zo gelukkig nu'. Het scheelt maar weinig of ze ontdoet zich van haar kleding en springt het podium op. Na afloop van de voorstelling mengen de actrices zich onder het publiek om een praatje te maken en op de foto te gaan. Audrey kan het niet meer aan en trekt haar shirt uit en gaat met de acteurs op de foto. Interessant avondje zo :-)

Inmiddels weet ik ook Burlesque betekent: pikant, platvloers.

Morgen naar het woeste, verlaten zuiden van Nieuw Zeeland, de Catlins.

vrijdag 16 maart 2012

Dag 47 - Otago Peninsula

Het regent en waait. Onaangenaam weer en mijn plan om vanochtend wat foto's te gaan maken in Oamaru valt letterlijk in het water. Toch besteed ik de ochtend nuttig met het plannen van de komende dagen. Hostels bellen, activiteiten boeken en lezen wat er te doen en te zien is. Was ik eerst nog bang dat ik de dagen in het zuiden van het Zuider-eiland moeilijk gevuld zou krijgen, nu kom ik bijna dagen tekort. Een Duitser hoort van mijn plannen en bietst een lift naar Dunedin vanmiddag.

Tegen het middaguur klaart het weer op en loop ik toch nog snel een rondje door Oamaru. Daarna vertrek ik  met de Duitser naar het zuiden, richting Dunedin. Onderweg stoppen we nog even om de beroemde ronde keien van Moeraki te bekijken. Het zijn stenen zo groot en rond als een flinke skippybal en ze liggen verspreid over het strand. Volgens het bordje zijn ze miljoenen jaren geleden gevormd diep in de aarde en de tijd heeft ze naar boven en buiten toe gewerkt, net als eeuuhmmm ... ehhh tsja :-)

Dunedin wordt het (Schotse) Edinburgh van Nieuw Zeeland genoemd. Het is een grote, uitgestrekte stad gebouwd tegen stijle heuvels rondom een diepe inham aan zee. Overal zie je kerken, kathedralen en gebouwen zoals je die inderdaad in Schotland zou verwachten. Het is vreemd om weer in een grote stad te zijn. Het verkeer is ongeduldig, er rijden politieauto's rond (die heb ik al tijden niet meer gezien) en het is druk op straat. En de straten tegen de heuvels op zijn stijl, erg stijl.

Na de Duitser en mijn spullen in het hostel gedumpt te hebben besluit ik niet in de stad te blijven maar naar het uiteinde van het naastgelegen schiereiland te rijden, Otago Peninsula. Daar huist op de klif aan het einde van het schiereiland een albatroskolonie en het is vandaag een mooie winderige dag om ze te zien vliegen. Na een klein uurtje rijden langs een mooie maar smalle kustweg kom ik bij het bezoekerscentrum. De klif is volledig afgezet met een hek en enkel voor een tour van NS$ 40 kun je de albatroskolonie bezoeken. Tsja, ik word wel eens beetje moe van de manier waarop ze hier maximaal aan het toerisme willen verdienen. Dan maar geen albatrossen en ik stap weer in de auto en rij de kustweg terug. Onderweg zie ik een intrigerend bordje 'Hoiho Knive Maker' met daaronder een pijl. Ik besluit de pijl te volgen en vervolgens wordt het een ware speurtocht over het halve schiereiland om bij de messenmaker terecht te komen. Als ik tenslotte voor zijn huis sta, staat er buiten een bord: Hoiho Knive Maker  - Closed. Maar nu ik die hele weg heb afgelegd laat ik me daar niet door afschepen en ik loop de tuin in tot achteraan waar een werkplaats is. Op mijn geroep komt de messenmaker naar buiten. Hij stelt zich voor als Richard en hij blijkt een Nederlander te zijn die ruim 30 jaar geleden naar Nieuw Zeeland is verhuisd en hier de edele kunst van het messen smeden is gaan uitoefenen.
Enthousiast toont hij me zijn collectie messen en vertelt me hoe hij ze maakt. Zijn specialiteit is messen van Damascus Staal. Een eeuwenoude manier van smeden waarbij een stuk staal honderden of zelfs duizenden keren wordt dubbelgevouwen en weer platgeslagen. Het uiteindelijk resultaat na polijsten en etsen is een blad dat een heel fijn netwerk van vloeiende lijntjes heeft. Hij verscheept zijn messen over de hele wereld en heeft ruim 2 jaar aan orders liggen. Ook niet gek als je bedenkt dat hij soms wel 2 maanden aan een mes werkt. Zie hier wat foto's van zijn werk: http://www.flickr.com/photos/70349851@N00/sets/72157611434806508.

Richard geeft me nog een goeie tip en op de terugweg bezoek ik Sandfly Bay. Een strand aan de andere kant van het schiereiland. Als ik over het strand wandel kom ik 2 slapende zeeleeuwen tegen. Ze liggen lui in het zand en af en toe rollen ze om of steken een vin de lucht in. Ik durf niet te dichtbij te komen want het zijn grote beesten en ze schijnen nog best snel te zijn. Even verderop waggelen 2 pinguins in een duinkam. Zo... heb ik toch nog gratis mijn portie wildleven gekregen. De terugweg in de avondschemer is een weg met prachtige vergezichten, die hoog over de kliffen van het schiereiland loopt. Het is bijna donker als ik  terugkom in Dunedin. Snel wat in de stad gaan eten en dan lekker naar bed. Maar eerst weer een stijle heuvel beklimmen om bij het hostel te komen.

woensdag 14 maart 2012

Dag 46 - Oamaru

'Je hebt een mooie vlucht gehad gisteren he' zegt de medewerkster van het hotel als ik de sleutel van mijn kamer kom inleveren. Tsjee, hoe weet zij dat nou weer? Als ik het gezellige cafeetje binnenstap voor mijn ontbijt weet ook daar al iedereen van mijn lange vlucht gisteren. Dagmar zet meteen een kop thee voor me en Lana schotelt me een heerlijke boerenomelet voor. Met Rebecca heb ik een lang gesprek over vliegen. Zij doet hier een cursus en heeft eergisteren een angstige ervaring gehad tijdens het vliegen in de bergen. Ze vloog samen met Gabriel en kwamen toen in rotor terecht, heftige turbulentie in de bergen. Hoewel alles onder controle was, is ze daar toch flink van geschrokken. Na het ontbijt maak ik een rondje over het veld om nu definitief van iedereen afscheid te nemen. Wat een bijzondere plek is dit toch.

Ik volg de toeristische route naar Oamaru aan de Oostkust. Het berglandschap maakt plaats voor een groen heuvellandschap waarin af en toe scherpe rotspartijen nog hun tanden laten zien. Oamaru is een havenplaatsje met een oud centrum in victoriaanse stijl. Maar bij toeristen is het voornamelijk bekend om de pinguin-kolonies die hier leven. Elke ochtend waggelen de pinguins over het strand naar zee om daar een dagje rond te zwemmen en 's avonds waggelen ze weer terug  naar hun nest. Er is een speciale tribune gebouwd waar je voor NS$ 22 dit ritueel kunt aanschouwen. Maar volgens lokale bewoners kun je ook bij de haven rond zonsondergang de pinguins terug zien komen.

Dus hang ik rond zonsondergang wat rond in de haven samen met wat andere toeristen die niet willen betalen voor de 'show'. We turen ingespannen naar de zee en het naastegelegen strandje terwijl het donkerder en donkerder wordt. Maar geen strandende pinguin te bekennen en een voor een haken de toeschouwers af. Na 3 kwartier heb ik het ook wel gezien en wandel rustig terug naar mijn gevangeniskamer in de kelder van het hostel. Morgen weer op weg.

dinsdag 13 maart 2012

Dag 45 - (un)Finished Business

Terug in Omarama op het vliegveld. Niemand kijkt vreemd op als ik weer binnenstap en ik word begroet alsof ik even een pak melk ben wezen halen. Buiten is het kastelenweer. De zon schijnt en overal boven de bergen verraden plukjes wolken dat er thermiek in de lucht zit. Geen wonder dat ik op de terugweg van Mount Cook de verleiding niet kon weerstaan en de afslag naar Omarama nam.

Ze weten ook precies waarom ik weer kom: de ultieme, urenlange zweefvlucht in de bergen. De kist staat buiten al klaar en de kansen op deze vlucht worden met me afgewogen. Het is thermisch, maar die thermiek is misschien moeilijk te pakken te krijgen. Maar als dat lukt dan zou Gabriel, een 26 jarige Franse toppiloot en instructeur, dat voor elkaar moeten krijgen.

Ook Dagmar, de eigenaresse van het gezellige cafeetje op  het vliegveld, begroet me alsof ik niet weggeweest ben en voor ik het weet zit ik weer uitgebreid aan de lunch met Gabriel en een aantal andere piloten. Wat een vreemde plek is dit toch. 

Ik ben aan de beurt na de afhandeling van een busje vol Chinezen die plotseling zijn komen aanrijden en allemaal een half uurtje willen vliegen. Na de landing zie ik een van de Chinezen geel van ellende kotsend uit een kist kruipen. Gabriel komt grijnzend naar me toe en zegt dat het goed is in de lucht.

Ingespen en wegwezen. Gabriel laat me de start doen die wat hotsend en botsend gaat maar dan vliegen we. We worden een stuk verderop afgezet door het sleeptoestel, aan het begin van het bergmassief dat loopt tot aan de westkust. Gabriel laat alle electronische toeters en bellen uit en vertrouwt volledig op z'n gevoel om te bepalen waar er thermiek zit en waar niet. Samen met mij oefent hij dat en dat is waanzinnig leerzaam. Ik voel me hopeloos onhandig als ik zie met welk gemak hij het toestel volledig gecoordineerd en met een constante snelheid gecentreerd in een thermiekbel laat draaien. Bij mij zwabbert de neus van links naar rechts en schiet de snelheidsmeter op en neer. We oefenen  het draaien en gecoordineerd vliegen zonder op de instrumenten te kijken. Hij kan het goed uitleggen en het kwartje begint te vallen. Al oefenend volgen we de ridges dieper het bergmassief in. Om nu echt verder te komen neemt Gabriel de besturing over en demonstreert zijn vakbekwaamheid. We scheren met de vleugels vlak langs bergtoppen op zoek naar thermiek, dan strak indraaien en omhoog cirkelen om voldoende hoogte te winnen om het dal over te steken naar de volgende bergketen. Hoger en hoger tot de ruige pieken bedekt raken met sneeuw en ijs. We suizen verder vlak onder de wolken en vliegen vlak langs en vlak over scherpe, donkere bergkammen. Zo dichtbij dat het soms lijkt of de vleugel de bergwand schraapt. We stijgen tot 8000 voet (ruim 2.5km) en het uitzicht over het woeste Alpenlandschap is adembenemend. In het Westen zien we zelfs de Tasmanzee tussen de bergtoppen door glinsteren. Dan wordt het weer tijd om terug te keren. Ik krijg de besturing en ik volg de weg terug over en langs de vele bergkammen. Zolang ik die netjes blijf volgen verliest het toestel nauwelijks hoogte. En zo zoeven we terug tot het landschap weer goudbruin wordt en de bergen weer heuvels. Vlak voor de landing geef ik de besturing over aan Gabriel die het toestel netjes laat uitrijden tot vlak voor de hangaar.

De vlucht heeft in totaal drie-en-een-half uur geduurd. Wat een waanzinnige ervaring. Hiermee moet ik straks in Nederland verder gaan, om dan ooit nog eens hier terug te komen voor een bergvliegcursus. Het is al half 8 als ik in het gezellige cafeetje aanschuif voor het avondeten.

zondag 11 maart 2012

Dag 43 - 44: Mount Cook

Buiten is het grijs, de bewolking hangt laag over en tussen de omliggende bergen en het regent gestaag. Zoals verwacht gaat het kayakken in het nabijgelegen gletsjermeer niet door. Misschien vanmiddag, als volgens de voorspelling het weer weter wordt.

Mount Cook heeft gelukkig een groot Visitors Centre waar ik een paar uurtjes kan doorbrengen. De hoogste bergtoppen van Nieuw Zeeland hebben hier al vanaf de 19e eeuw vele mensen getrokken voor beklimmingen, expedities en vakanties. Maar de bergen hebben inmiddels ook al vele levens genomen. Dit alles wordt in het bezoekerscentrum boeiend in beeld gebracht.

Het blijft regenen en om 1 uur wordt het kayakken voor vandaag definitief gecancelled. Morgen wordt het beter weer, dan proberen we het opnieuw. Ik vul de tijd met uitgebreid lunchen in een cafeetje. Wat later in de middag trekt het enigzins open en stopt de regen. Net lang genoeg voor een mooie wandeling in de omgeving met tussen de wolken door uitzicht op ruige bergen, gletsjers en snelstromende rivieren, wit van de mineralen die door de smeltende gletsjers in het water terecht zijn komen.

's Avonds vult de berghut zit met een schoolklas die hier in de bergen 2 dagen op excursie gaat. Weer eens wat anders dan de efteling. Met de leraren deel ik nu een slaapzaal.

De volgende ochtend is het wederom bewolkt maar het regent niet. Hier en daar zijn er zelfs wat gaten in de bewolking en er is goede kans dat het een mooie dag gaat worden. Het kayakken op het Tasman Gletsjermeer gaat door en met twee busjes wordt de groep naar het meer gebracht.

Net als in het Abel Tasmanpark ondergaan we hier de veiligheidsinstructies en de verkleedpartij met zwemvest en spatschort. De organisatie is als de dood dat een kayak kantelt in het ijskoude water dus zijn ze allemaal voorzien van 2 extra drijvers, een aan elke kant. Net de zijwieltjes op een kinderfiets.

Van de bewolking is slechts een smalle band overgebleven die halverwege de bergen hangt. Het meer is melkwit van de mineralen en daarin drijven de witblauwe punten van een flink aantal ijsbergen en ijsbergjes. De gids herinnert ons eraan dan 90% van de ijsberg onder water ligt en dat we dus niet te dicht bij de grote ijsbergen moeten komen. Ze zijn heel instabiel en kunnen makkelijk kantelen en zo je kayak omver werpen. We volgen de gids over het uitgestrekte meer. Nog geen 30 jaar geleden was het meer er nog niet en was dit allemaal gletsjer. Nu zien we de gletjser als een breed donker lint vol met scheuren en barsten van de tegenoverliggende berg aflopen, recht het meer in. Alleen aan de voorkant, waar de ijsbergen afbreken, is het gletsjerijs helderblauw. Tijdens het rondvaren verdwijnt de bewolking volledig en steekt Mount Cook met zijn scherpe besneeuwde top fier uit boven de bergen rondom het meer. Het kalme, witte water waarin de grillig gevormde ijsbergen ronddobberen met het ruige berglandschap daaromheen is betoverend mooi.

Maar de gids heeft een missie. Hij schept er een zichtbaar genoegen in om hard met zijn kayak tegen ijsbergjes aan te varen om ze te laten kantelen waarna hij ze te lijf gaat met zijn ijsbijl zodat de ijsbrokken in het rond vliegen. Op mijn vraag hoeveel ijsbergen hij al in zijn leven heeft vermoord lacht hij schaapachtig. Het sarcasme was 'm vast niet helemaal ontgaan. Maar goed, zijn gehak heeft een doel. Het verzamelen van ijsblokjes voor de whiskey die we na afloop krijgen. Twaalf jaar oude whiskey met duizend jaar oud ijs. Wel leuk bedacht.

De rest van de middag breng ik door op een mooi uitkijkpunt, gevonden na een wandelingetje in de bergen. In het gras, lekker uit de wind en in het zonnetje met prachtig uitzicht op Mount Cook een boekje lezen. Heerlijk relaxen zo.

Terug in de berghut heb ik een aardig gesprek met Dean Buchanan. Een, naar nu blijkt, best bekende Nieuw Zeelandse kunstenaar die hier een maandje in de bergen werkt aan wat opdrachten. Het is een beetje zonderling figuur met een grote voorliefde voor Nazi curiosa. Trots laat hij me een foto zie van hem in een gala SS-uniform. Tsja... je komt wel bijzondere mensen tegen zo.

Morgen gaan we weer verder op reis, maar ik weet nog niet precies wat te doen en waarheen. De opties zijn eindeloos.